Napels 2021
De pandemie bracht ons vorig jaar naar Soest, maar gelukkig konden we pakweg een jaar later gevaccineerd en wel weer de landsgrenzen over. Zonder al te veel vliegschaamte pakten we het vliegtuig naar een land waar we met de guys verrassend genoeg nog niet eerder waren geweest: Italië. Johan en Klaas pikten Napels eruit als ideale bestemming. Jan W. had agenda technische problemen en sloot een dag later aan. Niemand die verder de systeemintegratie als kulsmoes serieus nam en niemand die verder vroeg wat er nou wel aan de hand was. Hij was een dag later. Punt.
De B&B – op € 975 aan taxikilometers afstand van alles – had een ongastvrije eigenaar, al viel dat de eerste avond nog niet zo op, want er was prima pasta en er was ook prima Italiaans bier. Corona-sluitingstijden en een centrum op afstand deden de discussie ‘gaan we nog’ voortijdig eindigen, hetgeen leidde tot een inmiddels gebruikelijke donderdagavond, met aandacht voor de groene of bruine gekko. Kaarten dan maar weer en uitrusten voor de volgende dag, waarin we ruim 20.000 stappen af zouden leggen voor het prachtige Teatro San Carlo en een in elkaar geknutselde Maradonna-high light tour. Krantenknipsels in een garagebox, een haarlok die overduidelijk niet van een vliegtuigstoel afkomstig kón zijn en de tot slot de bekende muurschildering. Maar een indruk van de fascinerend drukke en wat vervuilde, armoedig aandoende stad kregen we wel. De avond begon daarna met Pasta alla Genovese en zakte flink weg, maar vlak voor we hem als defintief mislukt wilden beschouwen, vonden we Via Bisignano en werd het toch nog leuk. De eerste bus had gemengde gevoelens over het wat vroegtijdige vertrek. De tweede, tevens een-na-laatste bus had het erg zwaar, al was ook sprake van ontkenning (‘alleen wat spuug’) en kwam de poort miraculeus binnen zonder sleutel. Een onopgelost mysterie. De laatste bus kwam zoals altijd thuis met de grootste verhalen (‘laat mij maar even’) en nam de tijd voor herstel zittend naast het bed.
Het zaterdagochtendprogramma was een bezoek aan de Vesuvius. Sietse paste op het huis, de rest liet zich niet kennen. Middels de kikkersprong werd de wat mistige top bereikt, hetgeen we vierden met limoncello in een van de kiosken. Op de weg terug vermoorde Jan B de laatst levende vulkaanwesp met een (niet) eerder geziene hoeveelheid agressie. Daarna lunchen (weer pizza capricciosa), snel terug naar de B&B, even bijslapen en dan op naar het centrum waar Jan B een mozaïek van Alexander de Grote wilde zien, maar bijtijds ontdekte dat het kunstwerk gerestaureerd werd en niet kon worden bewonderd. De rest zeeg neer op een terras op Piazza Bellini, waar het ons verboden werd te kaarten. Na het prima diner op een verdieping-voor-onszelf bezochten we nog even Gayclub Alter Ego, en verder was noemenswaard alleen nog het goedkoopste rondje ooit: € 13,50. Wel staand buiten opdrinken.
Het toch al niet copieuze ontbijt liet de eigenaar zondag helemaal schieten, al kwam hij uiteindelijk nog met koffie aanzetten. Vervolgens bezochten we Herculaneum in plaats van Pompeï, wat zeer de moeite waard was, en daarna weer op weg naar Nederland. Mooi geweest. Een prima, dobbelsteenvrij weekend. What’s next?
Klassieke opening: Rembrandt
Zo draag je geen mondkapje, Klaas!
Koud water en verboden te volleyballen...
De bar met de echte haarlok van Maradonna
De gids en de andere muurschldering
De guys en de beroemdste muurschildering
De laatste bus...
Net voor de kikkersprong
Nog eentje dan
Geen idee waar Hans en Jan W gebleven zijn...
Herculaneum